Klik op de banner om naar de website van de sponsoren te gaan


 

Contactgegevens

p.v. Steeds Verder
Stinzenlaan 85
7392 AD Twello

contact@steedsverder.nl

Opgave nieuwsbrief

Geef u hier
op voor de
Nieuwsbrief

Organisatie

Vlucht-informatie

Zoeken

Archief

De Belgencompetitie volgens Freek

 

De Belgencompetitie werd in 2015, net als in 2014, geen succes.  Een eerdere poging met duifjes van Natural was evenmin geslaagd. Als je een competitie begint en er wordt nauwelijks een "Belsje" geklokt, dan dooft het vuur als een nachtkaars.
Een teleurstelling voor de initiatiefnemer(s), voor Dirk en voor de deelnemers. Hoe kan zoiets zo tegenvallen?

Het spel met de jonge duiven is in deze contreien al sinds mensenheugenis een drama. Vroeger gingen er 40 jonge duiven in een mand en hadden we "verkeerde" duiventrailers. Nu gaan er beduidend minder jongen in een box en zijn de wagens gemoderniseerd en toch blijft het spel met de jonge duiven problematisch. Niet inkorven bij hoge temperaturen, vooraf veelvuldig opleren, de duiven thuis leren drinken in de mand, oppassen met oost in de wind, duiven medisch begeleiden, we doen het op grote schaal en toch blijft het huilen met de pet op.

Soms lees je reportages van liefhebbers die 50 jongen kweken en er na de laatste vlucht nog 40 of meer hebben. Die liefhebbers komen dan nooit uit onze omgeving.  Ook specialisten met jonge duiven kennen hier jaarlijks grote verliezen. Van vriend en jarenlang kampioen met de junioren Martin Geven heb ik het van nabij meegemaakt. Martin & Joke fokten ook 60 tot 100 jongen en waren blij als er aan het eind van de rit nog 20 zaten. Bij hen was de havik de belangrijkste plaaggeest.

Geografische factoren spelen in mijn ogen ook een belangrijke rol bij het verspelen van (jonge) duiven. In het westen van het land begrenst de Noordzee de linkerflank en komen de duiven over het vlakke landschap naar huis. Onze duiven krijgen te maken met de Veluwe. Als de duiven het vlakke landschap met de grote rivieren over zijn, doemt uit het niets het Veluwemassief op. Vanaf de Rijnbrug bij Heteren zie je wat ik bedoel.
Duiven hebben een hekel aan de heuvels en bossen met hun roofvogels en dat zie je aan de trek van de duiven. Onze duiven gaan links- of rechtsom. De Gelderse Vallei of de IJsselvallei door. Staat het hok ergens op de Veluwe, dan zullen ze toch over de bossen moeten vliegen en dat is een moeizaam leerproces.

Cor Buis sr. uit Bovenkerk/ Aalsmeer zag enkele tientallen jaren geleden al dat er bij Freek en later Hillie Romein ontzettend veel jonge duiven verloren gingen. Hij kende dat verschijnsel in afd. Amsterdam niet. Misschien dacht hij in zijn hart, dat er in afd. Salland (later GOU) weinig kennis en vakmanschap was aangaande jonge duiven? Dat hier "domme boertjes" woonden? Toen hij niet veel later zelf de scepter zwaaide als "loftmanager" op de vlieghokken in Twello, ontdekte hij dat het hem ook niet lukte om een redelijk aantal jonge duiven over te houden. En dat jaar in jaar uit!  Aalsmeer of Twello, dat was voor de jonge duiven een wereld van verschil!

Mogelijk speelt jarenlange selectie op thuiskomen onder deze extra moeilijke omstandigheden een rol en zijn "Belgische" duiven die dit fenomeen niet kennen hier in het nadeel. Hoe kan het, dat de duiven van Lambregts en Heremans dan zo spectaculair goed renderen bij Eijerkamp? Gewoon omdat het topduiven zijn die door topmelkers gesoigneerd worden, die tiptop in orde zijn wat gezondheid en voorbereiding betreft en ....... die via de "IJsselroute" huiswaarts keren en die de Veluwe links vanuit hun ooghoeken zien, maar er niet overheen hoeven!

Enkele jaren geleden vloog kring Zutphen in de regio tegen o.a. Twello, waar we wekelijks van onze stoel vielen vanwege de overmacht van "kring Zutphen". Kring Apeldoorn (Veluwe) en kring Zwolle deden in regioverband vaak voor spek en bonen mee. Het leek of er in Zutphen uitsluitend topduiven vlogen en in de andere kringen "soepduiven".  Soms was de eerste bladzijde van de regiouitslag hetzelfde als de eerste bladzijde van de kring Zutphen. Dan waren er in Zutphen al liefhebbers met tien of meer duiven en was er in Deventer, Apeldoorn en Zwolle (de overige drie kringen) nog geen duif geklasseerd. Dit gebeurde soms weken achter elkaar. "In Zutphen zitten de toppers, in de andere kringen wonen uitsluitend prutsers", hoorde je vaak uit de mond van .... Zutphense spelers. Dan ineens draaide de wind, verlegde zich "de trek"
en ..... waren de rollen omgedraaid. Zaten alle vroege duiven in Zwolle! Dan was Leiden in last!

Tegenwoordig vliegt de kring Zutphen in een langgerekte regio, enkele jaren terug was dat een brede regio. In de brede regio was Zutphen meestal zeer dominant in de top van de uitslag vertegenwoordigd. Soms miste Zutphen de boot volledig en dachten sommige Zutphense liefhebbers dat hun duivenwagen later gelost was. Dan konden de duiven uit "het Mekka van de duivensport" de eerste bladzijde niet halen. Zoals gezegd was het meestal andersom. Dan leek het of kring Zutphen een kwartier eerder gelost was. In de langgerekte regio zijn de uitersten minder extreem. Bij zuidwestenwind zit Zutphen goed en bij zuidoostenwind niet echt slecht, zoals vroeger.  Bij extreem zware vluchten met kopwind zal Zutphen het meestal nipt afleggen tegen de voorvlucht. Dan wegen de laatste loodjes net iets zwaarder en wordt het winnen van de eerste prijs lastig. Zutphen (tegenwoordig vooral Eijerkamp) speelt nog steeds zeer dominant, maar de werkelijke krachtsverhoudingen komen in de langgerekte huidige regio beter tot uiting. In de brede regio was het beeld vaak sterk vertekend, mede door geografische factoren.

Ik woon in Appen, niet zo ver van de IJssel. Als mijn duiven uit het zuidoosten komen (in het kielzog van de Zutphense duiven langs de IJsselvalleiroute), dan weet ik dat ik een goeie uitslag maak. Komen ze terug uit het noorden of uit alle richtingen, dan hoef ik me geen illusies te maken.
In 2015 kon ik slechts zes (!) vluchten spelen. Meestal zat er oost in de wind. Daar moet ik het niet van hebben, zeker niet als we gelijk lossen met regio NoordWest. Dan kiezen veel onervaren jonge duiven onder invloed van de massa de "Gelderse Valleiroute" en komen uren te laat via een grote omweg thuis of gaan verloren. Iedereen die wat langer in de duivensport meeloopt, weet dat "de trek" (bepaald door geografische factoren, wind en massa)  heel belangrijk is.
Misschien zijn de "belsjes" onvoldoende geselecteerd op de factor "Veluwe" en is dat de reden dat ze zo dikwijls verloren gaan of te laat komen als jonge duif???
Voor een "Belgencompetitie" zal voorlopig geen draagvlak en animo zijn, is mijn inschatting. Of het moet Leo Heremans zelf zijn, die ze voor ons wil kweken!

Freek